‘Leven boa gaat boven bon 400 euro’

Op 28 maart verscheen op de website van Binnenlands Bestuur het volgende interview met voorzitter Richard Gerrits.

door Wouter Boonstra

Veel gemeenten zullen vandaag of morgen hun noodverordeningen naar aanleiding van de nieuwe corona-maatregelen van het kabinet bekendmaken. Duidelijk werd al dat er een beroep zal worden gedaan op de buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s). Die willen graag helpen, maar niet ten koste van hun eigen veiligheid. ‘We vragen mondkapjes, handschoenen, bodycams en pepperspray.’

Voldoende bescherming
‘Maandagavond werd de rol van de boa bij bestuurlijke handhaving van nieuwe noodverordeningen letterlijk uitgesproken, dus we verwachten duidelijkheid over onze rol, de rol van de politie en de samenwerking tussen boa’s en politie’, zegt voorzitter Richard Gerrits van vakbond BOA-ACP. Aan gemeenten die noodverordeningen aan het maken zijn heeft hij een aantal zorgpunten overgebracht. ‘Als boa’s samenscholingen moeten tegengaan en boetes gaan uitschrijven, willen wij en zijzelf dat zij voldoende beschermd zijn tegen besmetting, dus zij mondkapjes, handschoenen en desinfecterende middelen tot hun beschikking krijgen.’

Aansluiting op C2000
De bond heeft aan werkgevers, zoals gemeenten, gevraagd of ze die middelen voorhanden hebben. ‘Daar werd heel divers mee omgegaan.’ Gerrits wijst erop dat er ook protocollen voor reanimatie bestaan. ‘De beschikking over beschermingsmiddelen staat nog in de kinderschoenen, dus dat moet worden uitgewerkt. Boa’s lopen nu al op straat voor de leefbaarheid en de politie doet de noodhulp, maar boa’s moeten straks ook andere middelen krijgen, zoals bodycams, en ook aangesloten zijn op communicatiesysteem C2000.’ Niet elke boa zit op dat systeem, maar Gerrits noemt het wenselijk dat ze erop zitten. ‘Dat systeem wordt nu ook minder belast, omdat er vanwege de situatie minder politiemensen op zitten. Boa’s krijgen dan gemakkelijker back-up als dat nodig is. Nu moeten ze eerst zelf bellen met 112 en worden dan pas doorgeschakeld. Het gaat erom dat je elkaar weet te vinden.’

Pepperspray en wapenstok
Hiervoor werden vanuit verschillende hoeken veel woorden besteed aan verdedigingsmiddelen voor boa’s. Nu is het tijd voor daden, vindt Gerrits. ‘We deze crisis niet aanwenden voor ons pleidooi voor verdedigingsmiddelen, maar het is wel het gevoel van onze mensen. Als je 1,5 meter afstand moet communiceren, hoe ga je dan het identiteitsbewijs vragen als je een boete van 400 euro moet uitschrijven. Dat is veel geld en mogelijk gaan mensen zich dan agressief gedragen richting de boa. Dan zijn verdedigingsmiddelen, zoals pepperspray of de wapenstok, nodig om je als boa uit die benarde situatie te redden, niet om die boete alsnog uit te delen.’

In de frontlinie
Gerrits heeft hier wel contact over met gemeenten en ministeries. ‘Gemeenten krijgen een concept-noodverordening aangeboden en gaan dat lokaal inkleuren. Daar zijn ze nu drukdoende mee. Ik verwacht dat Amsterdam en Den Haag vandaag al met hun noodverordening komen. We hebben onze aandachtspunten doorgegeven. De ene werkgever begrijpt het, de ander zegt: waarom heb je die veiligheidsmiddelen nodig als het RIVM zegt dat mondkapjes niet helpen? Maar wij staan vooraan in de frontlinie en dit is een onbekende situatie voor iedereen.’

Lijn met Nationale Politie
Inmiddels is de bond ook drukdoende om veiligheidsmiddelen te regelen voor de werkgevers en voor hun leden, zodat zij die op straat kunnen gebruiken. ‘We hebben lijnen met de Nationale Politie om die veiligheidsmiddelen te claimen. Dat hebben we voor elkaar gekregen. We kunnen tussenpersoon zijn voor beschermingsmiddelen. Bij voldoende voorraad voor ander vitale beroepen, kunnen ze ook naar de politie en boa’s.’ De boa’s doen sowieso hun werk, verzekert Gerrits. ‘De ziektepercentages liggen ook bij ons hoger dan normaal, mensen worden snel preventief naar huis gestuurd. Als we niet 100 procent zijn uitgerust voor de taak die er komt te liggen, dan staat de eigen veiligheid van de boa voorop. Zij hebben ook thuis een gezin en gaan niet hun leven wagen voor een bon van 400 euro.’