Over staatsmacht, gezag bevoegdheden en geweldsmiddelen

Over staatsmacht, gezag bevoegdheden en geweldsmiddelen

Door: Dennie Wauben, hoofd cluster handhaving

In de staatskundige geschiedenis van ons land hebben wijze heren besloten dat het niet verstandig was om gewoon volk bewapend te laten zijn. Dat leidde meer dan eens tot uitspattingen, soms letterlijk, die men niet graag zag. Daarbij besefte de heersende klasse ook dat die wapens tegen haar gebruikt zouden kunnen worden. Via de weg van de geleidelijkheid schoof het geweldsmandaat van eenieder naar de staat. Zo werd het een geweldsmonopolie. Met andere woorden de staat bepaalt wie, wanneer, waar, met wat en hoe namens haar geweld mag toepassen. En – heel belangrijk – degene die het toepassen, leggen daarvoor verantwoording af. Als burger vind ik dat wel zo prettig.

Ergens in die hele ontwikkeling werd een organisatie opgericht die de taak van het leger moest overnemen voor wat betreft handhaving van de openbare orde. Die dienst ging politie heten en was, zeker later, sterk geïnspireerd door een van de eerste politiediensten ter wereld: de Metropolitan Police Service. Die Britten hadden weloverwogen bedacht dat hun mensen niet bewapend moesten zijn met een vuurwapen. Die traditie proberen ze nu nog zoveel mogelijk in stand te houden, niet in de laatste plaats omdat het werkt. Een vuurwapen blijkt voor het dagelijks politiewerk veelal overbodig.

In Nederland is over de bewapening van de politie vanaf 1900 weinig bekend. Waar kwam dat door: de politie was slecht georganiseerd. Dat klinkt bekend. Maar los van de flauwe grappen die je hierover kunt maken, klinkt daarin door dat bewapening waarschijnlijk heel verschillend zal zijn geweest. Maar waar dienen die wapens nu eigenlijk voor? Het lijkt of weinigen zich dat afvragen. Wapens zijn een middel om het de ordehandhaver mogelijk te maken desnoods met geweld de macht van de staat te doen gelden. Let wel: de macht van de staat, niet de macht van de politie. Daarnaast zijn diezelfde wapens in te zetten door de ordehandhaver om zichzelf, de betrokkenen en derden te beschermen. Er kan gevaar mee worden afgewend. In gewone woorden: ze kunnen ter verdediging worden ingezet.

Nu dient zich de laatste jaren een nieuw soort ordehandhaver aan, die historisch gezien niets nieuws doet, en in mijn optiek niet nieuw is. Deze voert namelijk een historisch verankerende ‘oer’-politietaak uit. Deze staatstaak, die toeziet op het ordelijk verloop van de dagelijkse gang van zaken, is de basis van het politiewerk. Daar hoort natuurlijk bij dat wordt opgetreden zodra er inbreuk wordt gemaakt op de dagelijks ordelijke gang van zaken. Op dat moment moet de staatsmacht zich laten gelden en moet orde worden hersteld. Tegenwoordig heet dat onder andere leefbaarheid en overlast aanpakken.

Deze hele redenatie volgend, stel ik voor de hele discussie over opsporingsbevoegdheden en geweldsmiddelen eens vanuit een heel andere hoek te voeren. Niet vanuit het perspectief van de organisatie politie, want dat is te eenzijdig en misschien zelfs te kortzichtig. Niet vanuit een type functie en de beeldvorming eromheen. Niet vanuit de persoon die het op dat moment uitvoert en zeker niet vanuit de blik van politieke partijvisie. Ik pleit ervoor om de discussie te voeren vanuit het perspectief van het laten gelden van de staatsmacht, het gezag. Het gezag is DE OVERHEID, lokaal en landelijk. Daar waar de overheid de staatsmacht niet kan laten gelden, wordt het gezag van de gehele overheid aangetast. Het ultieme gevolg daarvan is dat de dagelijks orde in zijn geheel in het geding zal komen. Als handhaver van de dagelijkse orde zie ik dat laatste als realistische optie. Niet in de laatste plaats omdat in de dagelijkse praktijk door allerlei techno- en bureaucratische regels, en ook door systeemdenkerij, de overheid en diens ordehandhavingstaak niet als één wordt gezien. En met één heb ik het over de taak, die bij lange na niet bij één organisatie hoeft te liggen.

En tot slot wil ik met nadruk zeggen: ik wil geen pistool, zonder ben ik als handhaver van de dagdagelijkse orde effectiever! Dat heb ik niet zelf verzonnen, dat hebben de Britten sinds jaar en dag aangetoond.